Pairi Daiza

Projectstudie

In 2018 kreeg Gillion de opdracht voor de bouw en de inrichting van een nieuwe wereld ‚de Laatste grens‘ in de grootste dierentuin van Europa, Pairi Daiza. Met dit project is de ambitie van de bouwheer het creëren van een nieuwe wilde wereld, die van de kust aan de Stille Oceaan van Noord-Amerika bewoond door wolven, beren, poema‘s en ook de grootste soorten zeeleeuwen ‚de Stellerzeeleeuw‘ en om toeristische verblijven op te zetten die geïntegreerd zijn in het park. Er worden drie soorten verblijven verkozen: een hotel, luxe kamers en lodges in ‚hobbit‘-stijl of hutten van ‚inheemse‘ vissers (geïnspireerd op indianen).

De tijdsbeperking was fundamenteel op deze werf. Deze werd opgelegd aan de teams zodat het park in het hoogseizoen zou kunnen openen. Om te kunnen voldoen aan de ambitieuze planning van het werf hebben de ontwerpteams van het park en het studiebureau van Gillion perfect samengewerkt om dit project te verwezenlijken binnen de termijn en budget. Gezien de strikte termijn begon de uitvoering van het werf zelfs wanneer de studie nog niet voltooid was.

Omdat het park zich op een oud moeras bevindt, werden bijzondere maatregelen getroffen om diepe bassins te graven en de bestaande aangrenzende constructies te beschermen, waarbij het zeer onvoorspelbare grondwater moest worden gecontroleerd.

Structureel werk

Deze werf werd opgestart met het zuiveren van het grondwater. Er werden filterstaven geplaatst om het water te pompen en het terrein toegankelijk te maken voor grondverzetmachines. Op het moment van de hoogste activiteit werden dagelijks 50 tractoren gemobiliseerd om aarde weg te brengen en deze op te slaan op een nabijgelegen perceel. Tegelijkertijd werden palen 13 meter diep in de grond geplaatst om stabiele funderingen voor de nieuwe infrastructuur te garanderen. Omdat het park werd gebouwd in de nabijheid van de overblijfselen van de oude abdij van Cambron, moest er extra worden opgelet tijdens de uitgraving. Een oude muur van het domein werd elders ontdekt en zorgvuldig bewaard.

Na deze eerste fase is de bouw van het hotel meteen daarna gestart met het bassin van de zeeleeuwen. Hiervoor werd een specifiek waterdicht bouwwerk voorzien om elke infiltratie van het grondwater in het zoutwater van het bassin en omgekeerd te voorkomen. Door het bijzonder agressief zoutwater moest een betonnen bouwwerk worden opgezet dat zeer resistent is tegen chemische producten die voor scheuringen kunnen zorgen in het betonwerk. De bouw van zones waar dieren kunnen leven en rusten moest ook voldoen aan bijzondere normen: fysieke controlesystemen werden voorzien naast de klassieke elektrische systemen en er werden talrijke inrichtingen opgezet om de snelheid van de dieren dichtbij de aangelegde zones te verminderen.

Afwerking

Er werden in het hotel 26 kamers met badkamers in een ‘natuurlijk chique’ stijl ingericht en uitgerust met wasbekkens uit steen en Italiaanse douches. Het hotel bestaat uit twee verdiepingen met twee liften en beschikt over een restaurant, winkels, een kinderclub en een mooi terras met zicht op het bassin van de zeeleeuwen. Binnen werd er voor een elegante afwerking en edele materialen gekozen: natuursteen, sipohout, ambachtelijk plafond... Buiten werd een gevelbekleding in rood hout van Noordse stijl geplaatst. Dezelfde bekleding werd gebruikt voor de 4 vissershuizen, de toeristische luxewoningen, voorzien van 6 tot 8 personen per kamer. Ze hebben allemaal een terras op paalwerk met zicht op het bassin, een uiterst goed uitgeruste keuken en een badkamer met jacuzzi.

Naast de hobbit-logies heeft Gillion een bekleding uit natuursteen geplaatst om de look van ‘ingegraven huis’ te beklemtonen. De ‘inheemse’ logies hebben zelf een structuur uit beton bedekt met een gevelbekleding uit hout. Tot slot is er over de constructies sterk nagedacht zoals te zien is aan de installatie van de groene daken en de vensters met dubbelglas, het systeem voor het opvangen van regenwater voor de besproeiing of het opzetten van een pompstation.