Brigade Forestière

Projectstudie

De Brigade Forestière is een gebouw voor de boswachters van het Zoniënwoud. Deze structuur, gelegen in de gemeente Ukkel, heeft twee verdiepingen en bestaat uit een passief administratief deel en een hangar voor tractors en bosvoertuigen. Omwille van zijn ligging werd het gebouw geklasseerd vóór de bouw ervan. Het is gelegen in een „Zone Natura 2000“, een beschermde site onderworpen aan een strikte reglementering. Door deze bijzonderheid was het noodzakelijk de bouwwijzen en de gebruikte materialen aan te passen voor een minimale impact op de omgeving. Dankzij zijn knowhow heeft Gillion de openbare aanbesteding gewonnen die voor de bouw ervan werd gelanceerd.

Structureel werk

Tijdens de fase van het graafwerk werd bijzondere aandacht besteed aan de naburige plantaardige ondergrond. De arbeiders hebben er in het bijzonder op gelet om de wortels van de bomen rond de werf niet te beschadigen. Dankzij aangepast gereedschap, aangepaste materialen en verlichting met zwakke intensiteit heeft de bouw de dieren niet gestoord. Het toekomstige gebouw, gelegen op een helling, heeft een begraven benedenverdieping. Het was dus noodzakelijk om te graven en een sluisvloer te voorzien, alsook voormuren en betonplaten in dit lage deel. De rest van de draagstructuur is in hout.

Gezien de lokalisatie van het gebouw werd bovendien een natuurlijke verwerking van het gebruikte water geïnstalleerd. Hiervoor hebben de teams een waterzuiveringssysteem gecreëerd met intensieve en extensieve waterbekkens. Dankzij deze bufferzones kon het water gezuiverd worden met behulp van micro-organismen, alvorens het in een vijver van het bos terechtkwam.

Afwerking

Het administratieve deel biedt plaats aan kantoren, een vestiaire, sanitaire ruimtes en een keuken. Voor de afwerking heeft de architect geopteerd voor een rustiek aspect: het ruwe hout is zichtbaar, hier en daar versierd met enkele schilderingen. Om te beantwoorden aan de passieve normen, werd het gebouw voorzien van LED-lampen. De voorkeur gaat echter uit naar natuurlijk licht, met name dankzij de creatie van drie grote dakramen in de hangar. Voor de verwarming is een verwarmingsketel op hout geïnstalleerd in een geventileerde kamer, buiten de smalle bekleding van het gebouw. Deze wordt vergezeld van een stockageruimte met houtblokken. In de winter kan 1160 m³ verwarmd worden met behulp van het ventilatiesysteem met dubbele stroming.

Op het dak werd vegetatie op een voorgecultiveerde ondergrond geplaatst. Er zijn amberkleurige lichten geïnstalleerd aan de randen zodat de flora en fauna niet gestoord worden. Op de site vergemakkelijken de beplantingen en de creatie van kleine sloten (drassen) de herverdeling en de evacuatie van het regenwater. Voor de toegang naar het gebouw, sterk geheld, was het nodig funderingen te plaatsen. Aangezien plastic verboden was, hebben de teams gazontegels in synthetisch en gerecycleerd materiaal gebruikt om de bekleding te ondersteunen.